woensdag 23 november 2011

Zorginstelling mag met z’n eigen vermogen naar het casino


Tot 1968 was de zorg die nu bekend staat als AWBZ zorg een totaal particuliere aangelegenheid. Er werd geld opgehaald (kerk, weldoeners, verenigingen etc.) en en met dat geld werden de chronisch zieken en ouderen verzorgd. Vanaf 1968 ging de staat betalen voor de zorg. Nou ja, de staat... wij betalen dat samen, via de AWBZ premie.
Er waren rijke instellingen en arme instellingen in 1968. Sommige hadden een eigen vermogen en anderen niet. Dat eigen vermogen is niet naar de staat gegaan. Dat is eigendom van de instelling. Het behoort niet tot de publieke middelen. Een instelling mag in principe, mits de Raad van Bestuur ed. akkoord gaat, met z’n eigen vermogen naar het casino gaan. Beetje zonde, maar het mag. Als journalisten daarover zeuren, en dat doen zelfs Pauw en Witteman, getuigt dat van een ongelooflijke domheid en populisme. Het is gemakkelijk scoren, maar niet terecht.
Stichting Zonnehuizen is in een jaar tijd 6 miljoen eigen vermogen kwijt geraakt. (bron: SP). Dat is een hoop geld maar daar gaat de overheid niet over.
Als ik een instelling had met 2000 patiënten, en ik had 6 miljoen eigen geld, dan kon ik voor dat geld één jaar lang 10 minuten extra zorg per dag per patiënt kopen. Dan is het op. Ik word door de overheid gedwongen om ondernemertje te spelen. Dat ben ik niet, ik ben van de zorg, maar ik moet wel. Wat ik wel ga doen, is proberen om ‘iets’ met onroerend goed te doen en misschien, heel misschien, als ik dat rendabel weet te krijgen, ga ik van dat rendement een deel in de zorg stoppen. Dat zou technisch gezien, overigens pure liefdadigheid zijn. Maar de kans is veel groter dat ik een financiële strop haal, want ik ben helemaal geen ondernemer.

2 opmerkingen:

  1. Dhr. Jansen heeft een dienstverlenend bedrijf, hij houdt kantoor aan huis. Het gaat slecht met zijn bedrijf en de overheid springt niet bij. Nu moet Dhr. Jansen zijn huis verkopen en een klein huurhuisje nemen, waar hij ook kantoor houdt. Hij krijgt niets van de overheid. Dhr. Jansen moet eerst zijn eigen huis opeten om zijn bedrijfje draaiend te kunnen houden. Met het geld van de verkoop kan hij wel naar het casino gaan, maar als het mislukt houdt zijn bedrijf op te bestaan, Pas als hij niets meer heeft, springt de overheid bij in de vorm van een minimale uitkering. Het opeten van zijn eigen huis is geen liefdadigheid. Dus als het bedrijf van Dhr. Jansen een zorginstelling zou zijn geweest, had hij op kleinere schaal moeten gaan werken. En bovendien had hij korte metten moeten maken met de hoogste salarissen. Dan had hij het waarschijnlijk net gerooid, met de bijdrages die elke zorginstelling van de overheid krijgt. Toch?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nee, niet helemaal. Meneer Jansen krijgt per patient een bedrag voor zorg en daarnaast voor overige kosten, waaronder de huur. Maar hij krijgt aantoonbaar niet genoeg. Omdat de factor 'zorg' het duurste is (handwerk is duur), is het verstandiger in zakelijk opzicht, als hij niet z'n huis verkoopt, want dan moet hij net zoiets aan huur betalen. Dat schiet niet op. Meneer Jansen gaat minder zorg leveren, want daarmee kan hij (puur financieel gezien) het beste bezuinigen.

    Bertus

    BeantwoordenVerwijderen